De geschiedenis en evolutie van kurassen: van het oude Rome tot het middeleeuwse Europa
Harnassen waren pantservesten of borstplaten die door soldaten werden gedragen, vooral tijdens de middeleeuwen en de renaissance. Ze waren gemaakt van metaal, leer of andere materialen en waren ontworpen om de romp van de drager te beschermen tegen vijandelijke wapens en projectielen. Kurassen werden vaak gedragen door ridders en andere zware cavaleristen, maar ook door infanteriesoldaten en boogschutters. Ze werden vaak over een gewatteerd overhemd of maliënkolder gedragen om extra bescherming te bieden. Sommige harnassen waren ontworpen om over harnassen te worden gedragen, terwijl andere waren ontworpen om onder kleding te worden gedragen. Er waren verschillende soorten harnassen, waaronder: 1. Lorica segmentata: Een type Romeins harnas bestaande uit metalen platen die de romp en armen bedekten.
2. Cuirass de fer: Een soort middeleeuws harnas gemaakt van ijzeren of stalen platen die de borst en rug bedekten.
3. Poleyns: Een type harnas gedragen door Engelse boogschutters tijdens de Honderdjarige Oorlog.
4. Gambeson: Een soort gewatteerd pantser dat soms als kuras werd gedragen. Cuirasses werden gebruikt voor zowel defensieve als offensieve doeleinden, en ze speelden een belangrijke rol in veel veldslagen door de geschiedenis heen. Ze waren vaak versierd met ingewikkelde ontwerpen en symbolen om de status of verbondenheid van de drager aan te geven.