


De risico's en preventie van herbesmetting in gezondheidszorgomgevingen
Herbesmetting verwijst naar het proces waarbij een oppervlak of object wordt blootgesteld aan verontreinigingen nadat het is gereinigd of gedesinfecteerd. Dit kan gebeuren door direct contact met een verontreinigde bron, of door indirect contact met een oppervlak of object dat eerder in contact is geweest met een verontreiniging. Herbesmetting kan een groot probleem zijn in gezondheidszorgomgevingen, waar het risico op infectie groot is en de gevolgen van herbesmetting ernstig kunnen zijn. Herbesmetting kan op verschillende manieren plaatsvinden, waaronder: 1. Menselijk contact: Gezondheidswerkers of bezoekers kunnen onbedoeld verontreinigende stoffen introduceren op oppervlakken of voorwerpen die ze aanraken.
2. Apparatuur en benodigdheden: Medische apparatuur en benodigdheden kunnen tijdens gebruik besmet raken met ziekteverwekkers en kunnen vervolgens oppervlakken of voorwerpen waarmee ze in contact komen opnieuw besmetten.
3. Overdracht via de lucht: Ziekteverwekkers in de lucht kunnen zich op oppervlakken of voorwerpen nestelen en zo een bron van herbesmetting vormen. Verontreinigde schoonmaakoplossingen: Reinigingsoplossingen die niet goed zijn gedesinfecteerd, kunnen verontreinigende stoffen op oppervlakken of voorwerpen introduceren.
5. Ontoereikende persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM): Gezondheidswerkers die niet de juiste PBM dragen, kunnen via hun huid en kleding verontreinigende stoffen op oppervlakken of voorwerpen introduceren. Om herbesmetting te voorkomen, moeten zorginstellingen strikte infectiebeheersingspraktijken implementeren, waaronder: Goede handhygiëne: Gezondheidswerkers moeten hun handen regelmatig wassen, vooral nadat ze in contact zijn gekomen met patiënten of besmette oppervlakken.
2. Gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM): Gezondheidswerkers moeten geschikte PBM's dragen, zoals handschoenen en schorten, bij de zorg voor patiënten met infectieziekten.
3. Goede reiniging en desinfectie: Oppervlakken en voorwerpen moeten na elk gebruik grondig worden gereinigd en gedesinfecteerd, met behulp van EPA-geregistreerde desinfectiemiddelen die effectief zijn tegen een breed scala aan ziekteverwekkers.
4. Gebruik van ultraviolet (UV) licht: UV-licht kan worden gebruikt om de effectiviteit van de desinfectie te vergroten, vooral in gebieden waar herbesmetting een probleem is.
5. Correcte verwijdering van verontreinigde materialen: Verontreinigde materialen, zoals vuil linnengoed en afval, moeten op de juiste manier worden afgevoerd om herbesmetting te voorkomen.
6. Onderwijs en training: Gezondheidswerkers moeten regelmatig onderwijs en training krijgen over infectiebeheersingspraktijken om ervoor te zorgen dat ze zich bewust zijn van de risico’s van herbesmetting en weten hoe ze deze kunnen voorkomen.



