Het wonderbaarlijke verhaal van Talitha: een naam van genezing en nieuw leven
Talitha (Grieks: ταλιθά, talitha) is een Grieks woord dat voorkomt in het Nieuwe Testament van de Bijbel. Het wordt gebruikt in het evangelie van Marcus en het evangelie van Lucas om te verwijzen naar een vrouw die door Jezus werd genezen van een geest van zwakte of ziekte. Het woord is afgeleid van het Hebreeuwse woord 'talith', wat 'bedekkende' of 'wikkeldoek' betekent. In de bijbelse context wordt Talitha gebruikt om een vrouw te beschrijven die bezeten was door een onreine geest, en Jezus wierp de geest uit. haar genezen van haar ziekte. Het verhaal staat opgetekend in Markus 5:1-20 en Lukas 8:40-56. In beide verslagen wordt de vrouw na haar genezing 'Talitha' genoemd, wat aangeeft dat de naam haar mogelijk is gegeven als een teken van haar genezing en nieuw leven. De naam Talitha is in veel landen een populaire naam voor meisjes geworden. Christelijke gemeenschappen, vooral in Afrika en Azië, waar het verhaal van de genezing van de vrouw met de onreine geest bekend en vereerd is. Het wordt vaak gegeven aan meisjes die geboren zijn nadat hun ouders een wonderbaarlijke genezing of bevrijding hebben ervaren, als een manier om de genade en kracht van God in hun leven te erkennen.