Puntkomma's begrijpen: een gids voor het correct gebruik ervan
Een puntkomma is een leesteken dat twee onafhankelijke clausules scheidt (dat wil zeggen clausules die op zichzelf kunnen staan als afzonderlijke zinnen) zonder een voegwoord als 'en' of 'maar' te gebruiken. Het wordt gebruikt om aan te tonen dat de twee clausules qua betekenis nauw verwant zijn, maar dat ze nog niet op het niveau zijn dat ze in één enkele zin kunnen worden gecombineerd. Hier is een voorbeeld: 'Ik heb veel werk te doen; dat ga ik niet doen.' vanavond het feest kunnen bijwonen.'
In dit voorbeeld hebben we twee onafhankelijke clausules: 'Ik heb veel werk te doen' en 'Ik kan vanavond het feest niet bijwonen.' We zouden na elke clausule een punt kunnen gebruiken en er twee afzonderlijke zinnen van kunnen maken, maar door een puntkomma te gebruiken kunnen we aantonen dat de twee clausules qua betekenis nauw verwant zijn. Puntkomma's worden ook gebruikt om items in een lijst te scheiden als die items zelf komma's bevatten . Bijvoorbeeld:
"Ik heb tijdens mijn leven veel steden bezocht; enkele van mijn favorieten zijn Parijs, Frankrijk; Rome, Italië; en Barcelona, Spanje."
In dit voorbeeld gebruiken we een puntkomma om de drie steden in de lijst van elkaar te scheiden, ook al bevat elke stad een komma. Zonder de puntkomma's kan de lijst verwarrend zijn om te lezen.