Wat zijn determinanten in de taalkunde?

In de taalkunde is een determinator een woord of zin die de hoeveelheid, afstand of andere specificatie van een zelfstandig naamwoord uitdrukt. Het wordt doorgaans vóór de zelfstandig naamwoordgroep gebruikt om aan te geven naar welk specifiek zelfstandig naamwoord of zelfstandige naamwoordelijke zin wordt verwezen. Voorbeelden van determinanten zijn onder meer:

* Artikelen (de, een, een)
* Bezittelijke bijvoeglijke naamwoorden (mijn, jouw, zijn, haar, zijn)
* Aanwijzende woorden (dit, dat, deze, die)
* Kwantificatoren (sommige, welke, alles, beide, elk)
* Cijfers (één, twee, drie)

In de zin 'Ik wil die film zien' geeft de bepaling 'dat' bijvoorbeeld aan naar welke film wordt verwezen. Zonder de bepaler zou de zin dubbelzinnig zijn en naar elke film kunnen verwijzen. Samenvattend zijn bepalers woorden of zinsdelen die helpen om de zelfstandig naamwoordgroep te specificeren en duidelijk te maken naar welke specifieke entiteit wordt verwezen. Ze kunnen de hoeveelheid, afstand, bezit of andere aspecten van de zelfstandig naamwoordgroep aangeven, en worden doorgaans vóór de zelfstandig naamwoordgroep gebruikt om aan te geven naar welke zinsnede wordt verwezen.